Interview met Gert Cuypers (cuypers & Q architecten) – Prefab beton biedt kwaliteitsgarantie en quasi onbeperkte vormvrijheid.

Het Antwerpse cuypers en Q architecten werkt in zijn projecten regelmatig met prefab beton. Daar heeft de voorliefde voor beton van zaakvoerder Gert Cuypers veel mee te maken. “Ik hou van het materiaal, al heel mijn carrière lang. Het is heel plastisch, tactiel en kan zowel poëzie in zich dragen als heel eenvoudige functies vervullen”, vertelt hij in een boeiend gesprek dat we met hem hadden. “Prefab beton is de logische keuze. Het biedt een kwaliteitsgarantie en een quasi onbeperkte vormvrijheid.”
BETON: Wat voor soort projecten ontwerpt cuypers & Q architecten voornamelijk?
Gert Cuypers: “Toen ons bureau in 1992 opstartte, focusten we ons vooral op de particuliere projecten. Dat is doorheen de jaren echter geëvolueerd naar publieke opdrachten, vooral die met enige maatschappelijke relevantie. Vandaag doen we haast niets anders meer. Een constante is wel dat we klimaatvriendelijk en energiezuinig ontwerpen en architectuur en interieur als een geïntegreerd verhaal bekijken. Vooral dat laatste was begin jaren 90 helemaal niet gangbaar.”
BETON: Wat zijn volgens u de sterktes van cuypers & Q architecten?
Gert Cuypers: “Onze grote sterkte is volgens mij dat wij in elk project een generalistische visie hanteren. Er zijn bij een ontwerp- en bouwproces zoveel specialisten betrokken die allemaal vanuit hun eigen domein naar een project kijken: verschillende ingenieurs, de architect, de aannemer … Wij zijn ervan overtuigd dat het zinvol is dat er één partij het geheel bewaakt en iedereen er regelmatig aan herinnert wat precies de bedoeling was. Die coördinerende rol nemen wij op ons. De nood aan zo’n overschouwende partij zal ook alleen maar groter worden, aangezien er in een project met alsmaar meer aspecten rekening gehouden moet worden, denk aan duurzaamheid, circulariteit, aanpasbaarheid of modulariteit. Dat betekent automatisch ook weer meer betrokken partners.”
BETON: Wanneer is een project voor jullie geslaagd?
Gert Cuypers: “Simpel: als iedereen die erbij betrokken was en de uiteindelijke gebruikers van het gebouw tevreden zijn. Om iets genuanceerder te antwoorden: een project is voor ons geslaagd als wij het programma van eisen eerst kritisch hebben beoordeeld, op basis van een haalbaarheidsstudie en overleg met de opdrachtgever, en het vervolgens juist uitgewerkt hebben binnen de context. Je mag er niet zomaar van uitgaan dat een gewenst programma sowieso de beste optie is. Je moet enerzijds naar eventuele inconsistenties en anderzijds naar opportuniteiten zoeken. Dat vinden wij heel belangrijk. Als je dat doet, zal je zien dat wanneer je het resultaat afzet tegen de eerste vraag, de opdrachtgever heel vaak meer gekregen heeft dan hij verlangde. Niet per se in volume, maar wel op het vlak van relevantie en gebruikscomfort.”
“Wij genieten er altijd oprecht van om een project na een lang en intensief proces positief onthaald te zien worden bij ingebruikname. Zeker bij scholen is dat het geval. Een schoolgebouw kleurt toch mee je jeugd. Zo heb ik het tenminste ervaren. Vrolijke gezichten, daar doen we het voor.”
BETON: Wat zien jullie vandaag en in de toekomst als de grootste uitdagingen in de sector en hoe bieden jullie die het hoofd?
Gert Cuypers: “Opdrachtgevers willen alsmaar complexere gebouwen, waarin, zoals ik al zei, ook nog eens met steeds meer aspecten rekening dient te worden gehouden. De partijen in de uitvoerende sector zijn daarnaast – en daardoor – ook steeds sterker geworden in wat ze doen. Het een en ander zorgt ervoor dat een ontwerp hoe langer hoe minder door slechts één architect getekend kan worden. Wij architecten moeten er dan ook voor openstaan om met tal van ingenieurs en indien nodig met elkaar samen te werken om een antwoord te kunnen bieden op die groeiende eisen, verwachtingen en mogelijkheden.”
“Als u mij vraagt naar de uitdagingen op het vlak van beton, dan denk ik dat het materiaal vooral minder energie-intensief en dus minder vervuilend moet worden. Beton is nu eenmaal niet hernieuwbaar, maar het kan wel nog een pak meer ecologisch worden.”
BETON: Uw bureau werkt vaak met prefab beton. Waarom?
Gert Cuypers: “Vooreerst: ik hou van beton, al heel mijn carrière lang. Het is een heel plastisch materiaal, waardoor je er veel kanten mee uit kan. Daarnaast is het ook een tactiel materiaal en kan het zowel poëzie in zich dragen als heel eenvoudige, nuttige functies vervullen. Prefabricatie is de logische keuze. Zo maakt het prefabriceren van beton de kwaliteit ervan controleerbaarder. Er zijn zoveel paramaters die je met een kwaliteitsgarantie kunt ‘besturen’: kleur, toeslagstoffen, sterkte, aansluitingen, vorm… Het prefabriceren van beton biedt ook een quasi onbeperkte vormvrijheid omdat je, in tegenstelling tot wat voor ter plaatse gestort beton het geval is, niet wordt beperkt door eventuele naastgelegen gebouwen en andere obstakels in situ. Vaak kan je ook slanker werken wanneer je beton prefabriceert en kan je door modulair te werken, wat onlosmakelijk samenhangt met het prefabriceren van beton, de effectieve uitvoeringstermijn op de werf sterk reduceren.”
BETON: Hoe scoort prefab beton op het vlak van duurzaamheid?
Gert Cuypers: “Beton is natuurlijk een relatief vervuilend materiaal als je kijkt naar de grondstoffenontginning die ervoor nodig is en de productie ervan. Al wil ik daar als tegenargument wel tegenoverstellen dat beton wel een duurzaam materiaal is in de letterlijke betekenis van het woord. Het is minder gevoelig aan veroudering dan veel andere materialen en kan daardoor tientallen jaren en langer meegaan. En dus vind ik dat je het voor de structurele laag van een gebouw zeker nog traditioneel of dus niet herbruikbaar kunt toepassen, al helemaal als je de maatvoering afstemt op toekomstige herbestemmingsmogelijkheden. Goed toegepast kan je beton ook zichtbaar laten, waardoor extra afwerklagen, die anders ook geproduceerd moeten worden, vermeden kunnen worden. En dan is er nog het feit dat beton door zijn massa thermisch regulerend en akoestisch kan werken, in tegenstelling tot lichte constructies uit hout en/of staal, wat ook weer bepaalde installaties uitspaart. Overigens vind ik het enigszins contradictorisch dat dergelijke lichte systemen tegenwoordig zowat automatisch de voorkeur dienen te genieten volgens de publieke opinie. Gezien de bouwshift zal het optoppen van gebouwen alleen maar aan belang winnen. Daarnaast wordt de grond ook van steeds mindere kwaliteit. Beide evoluties vragen om lichte constructies, maar dan moet de onderliggende constructie wel zwaar genoeg zijn. Ook met het oog op de bouwfysische eisen en duurzame installatietechnieken heeft een project soms een zeker zwaarte of massa nodig.”
“Als je beton gaat prefabriceren, vergroot je de duurzaamheid van het materiaal aanzienlijk. Prefab beton wordt al decennialang ontworpen en geproduceerd in functie van monteerbaarheid. Het is een kleine stap om het ook te ontwerpen en produceren in functie van demonteerbaarheid, zodat hergebruik van de materialen mogelijk wordt.”
BETON: Heeft prefab beton ook bepaalde verbeterpunten?
Gert Cuypers: “Er is, aansluitend op mijn vorige antwoord, nog veel ruimte voor materiaaloptimalisatie met het oog op de ecologische voetafdruk. In de eerste plaats moet men zorgen dat beton CO2-armer wordt. Dat kan door gerecycleerde of hernieuwbare granulaten en toeslagstoffen te gebruiken. Daarnaast zou men ook moeten focussen op materiaalminimalisatie. Nu moeten we soms zogenaamde dode massa voorzien enkel en alleen voor de wapeningsdekking. Als we de stalen wapening zouden kunnen vervangen door een wapening uit lichtere, dunnere en corrosiearme materialen, dan kunnen we ook het beton dunner uitvoeren, goed voor het milieu maar ook voor de esthetiek van een project. Er lopen onderzoeken op dat vlak, ik denk aan een wapening uit glasvezel. Ten slotte zou je ook betonelementen kunnen prefabriceren die al direct een bepaalde vorm van isolatie bevatten, zodat ze meteen alle lagen van de gevel omvatten. Dat zou bouwen sneller en goedkoper kunnen maken.”
“Niet echt een verbeterpunt, maar wel een nadeel waar helaas weinig aan te doen valt, is ten slotte het feit dat de quasi onbeperkte vormvrijheid die ik noemde natuurlijk maar geldt binnen bepaalde afmetingen en een bepaald gewicht, omdat het beton in zijn vaste vorm naar de werf wordt vervoerd en dat wel praktisch mogelijk moet zijn.”
BETON: Is prefab beton voor bepaalde projecten beter geschikt dan voor andere?
Gert Cuypers: “Vooral in projecten met een zeker modulair karakter en waar een korte uitvoertermijn een aandachtpunt is, is prefab beton interessant. Je moet natuurlijk wel de nodige ruimte hebben om de betonelementen makkelijk te kunnen aanvoeren en verwerken op de werf. In die zin is prefab beton misschien minder geschikt voor inbreidings- of verdichtingsprojecten.”
BETON: Wat vindt u zelf een referentieproject van uw bureau als het gaat over prefab beton?
Gert Cuypers: “Ik denk spontaan aan de nieuwbouw voor ‘t Egeltje, een GO!-basisschooltje in Mol. Dat intussen bijna tien jaar oude project is er gekomen na een oproep van de Vlaams Bouwmeester, als oefening in modulaire scholenbouw. Het project heeft bijvoorbeeld inwisselbare gevelelementen in prefab beton. Een tweede project waar ik aan denk is de uitbreiding van de Academie Muziek-Woord-Dans in Heist-op-den-Berg die recent in gebruik werd genomen. Daar werd prefab beton, maar ook ter plaatse gestort beton, vooral gebruikt omwille van de akoestische eigenschappen. Het prefab beton kreeg ook een zekere textuur, die harmonieert met de context. Ik noem nu twee bouwprojecten, maar prefab beton hoeft niet enkel interessant te zijn voor gebouwen. Zo kan je ook meubilair voor de openbare infrastructuur perfect prefabriceren in beton. (lachend) Zei ik al dat ik van beton hou?” (WP)