Open grachten zijn een must voor de natuur – Riettegels als groene troef voor de A11
Net als alle andere sectoren besteedt ook de infrastructuursector veel aandacht aan het ecologische aspect. Een adequate methode om het hemelwater op te vangen, is daarbij een belangrijk punt. Tegenwoordig zijn er heel wat argumenten om grachten open te laten. Bij de nieuw aangelegde A11 van Knokke-Heist naar Brugge, werden voor de afwerking van deze grachten riettegels gebruikt. Alkern VOR uit Roeselare is specialist terzake en leverde elementen voor maar liefst 15 kilometer.
De grotere droogte en het dalen van het niveau van het grondwater heeft van de opvang van hemelwater een belangrijk item gemaakt. In het verleden gebeurde die opvang via rioleringsbuizen. Tegenwoordig pleit men ervoor om buiten de bewoonde kernen vooral gebruik te maken van open grachten. Dat heeft verschillende redenen. Algemeen gesproken verkleinen open opvangbekkens het gevaar van overstroming in lager gelegen gebieden. Ze maken deel uit van een gescheiden riolering, waarbij de afvoer van regenwater losgekoppeld is van het rioleringsstelsel, en er dus minder water te slikken is. Dat vermindert het debiet van wegstromend water naar lager gelegen gebieden, wat op deze lager gelegen plaatsen ook overstromingen kan voorkomen. Daarbij komt dat een open afvoersysteem meer bergingsruimte biedt dan een gesloten riool. Daardoor wordt het mogelijk om water ter plaatse te bufferen. Door die lokale berging kan ook het grondwater ter plaatse worden gevoed. De open grachten creëren ten slotte heel wat mogelijkheden voor de natuurlijke ontwikkeling van fauna en flora. Grachten kunnen functioneren als schuil- of broedplaatsen voor een aantal diersoorten. De aanwezigheid van water, fauna en flora oogt aangenaam en kan de belevingswaarde van het straatbeeld verhogen, zeker in landelijke gebieden.
De voordelen van de open gracht werden ook uitgespeeld bij de heraanleg van de A11. De vernieuwde snelweg tussen Brugge en Knokke-Heist kreeg 15 strekkende kilometer open gracht, wat een serieuze meerwaarde biedt op het vlak van biodiversiteit.
Infiltratie en buffering
De open grachten kunnen buiten landelijke gebieden op verschillende manier worden verstevigd. Eén van de mogelijke, natuurvriendelijke oplossingen zijn riettegels. Jan Vandenaweele, hoofd verkoop bij Alkern VOR, die de elementen voor de A11 produceert, legt uit: “Zowel de muta- als de riettegel zorgen ervoor dat een natuurlijke versteviging van de oever kan plaatsvinden. Mutategels beschikken over 20% draineeropeningen, riettegels hebben 35% ronde draineeropeningen. Beide types tegels kunnen toegepast worden voor zowel oever- als bodemversterking. Mutategels worden doorgaans eerder geplaatst als bodemversteviging en minder als oeverversteviging.
Omwille van dit hoge percentage aan openingen kunnen de riettegels toegepast worden voor zowel infiltratie als voor buffering van het water. Deze tegels trachten de bestaande oeverkarakteristieken zo goed mogelijk terug te brengen naar hun oorspronkelijke en natuurlijke toestand. Ze laten de originele aanwezige vegetatie de kans om te groeien. Daarenboven verhinderen ze de indringing van ongedierte zoals o.a. ratten, wat toch een belangrijk voordeel is wanneer we de grachten gaan toepassen in woongebied.
Het project A11 past helemaal in het kader van een duurzame en ecologische oplossing voor de versterking van de oevers van de bestaande en de nieuw aan te leggen grachten naast de A11. Het project heeft een totale lengte van 15 km. Bij de aanleg werd gestreefd naar optimale oplossingen voor mens en natuur. Voor de realisatie hiervan legde men een stuk van de Lisseweegse Vaart om. Daar waar de A11 waterlopen kruist, komen er faunapassages. Zo kan het water zijn weg zoeken en kunnen dieren hun pad verderzetten.”
Alkern VOR is qua grote projecten met riettegels niet aan zijn proefstuk toe. Het leverde voor de site van Elia in Zeebrugge al dezelfde riettegels voor een heel mooi project (zie BETON 232). Elia hecht veel belang aan het behoud van het groene karakter van zijn sites en voorziet alle installaties van een landschappelijke indeling. Zo koos het op de site voor gebouwen gecamoufleerd met een houten gevelbekleding en een discrete geknikte dakvorm. Rond de site werd een wal aangelegd als visuele en fysieke groene buffer. Naast deze grondwal werd er ook een groot bufferbekken gerealiseerd, met aan beide zijden een natuurzone. Men heeft voor de oeverversterking van zowel de waterbuffer als de grondwal gekozen voor riettegels in prefab beton.
Jan Vandenaweele: “Men heeft hier specifiek gekozen voor onze riettegels met cirkelvormige uitsparingen die een begroeiing van rietplanten mogelijk maken op korte termijn. De openingen van de geplaatste riettegels moeten opgevuld worden met teelaarde. Doordat de wortels van het riet één groot vertakt web vormen, gaan zij de grond veel sneller vastzetten waardoor er minder kans is op verschuivingen van de ondergrond in de pas aangelegde taludberm. Bovendien kunnen ze de nieuwe aangelegde oevers zo snel mogelijk laten evolueren naar een zo’n natuurlijk mogelijke toestand met de nodige onderliggende stabiliteit.”
De riettegels worden geplaatst op palen en planken of rechtstreeks op de fundering. Zo voorkomen ze aantasting en instabiliteit van taluds, grachtbodems, beken of waterlopen. Eventueel kan een versterkende laag geotextiel worden aangebracht. Om de stabiliteit te garanderen van de oeverversteviging, zijn de prefab betonnen riettegels langs 1 zijde voorzien van een V-vormige inkeping zodat de tegels goed ingrijpen op de kantplank zonder te verschuiven. De maximale hellingsgraad van een talud met riettegels bedraagt 65°. De prefab betonnen rietelementen voldoen aan het technisch Voorschrift PTV 123 en worden onder BENOR keurmerk geleverd.
De riettegels worden het best geplaatst met een mechanische klem speciaal voor deze elementen, waardoor de plaatsing niet gecompliceerd is.
Eén van de bijkomende grote voordelen om te werken met oeververstevigingselementen in prefab beton is dat nadien de grachten, kanalen, …. heel gemakkelijk en eenvoudig te onderhouden zijn zonder dat men aan de vorm van de gracht raakt. En toch ziet men nadien niet meer dat er beton in het landschap aanwezig is. (AC)
A11 Brugge naar Knokke-Heist, 2017
Opdrachtgever: Agentschap Wegen en Verkeer
Ontwerp & Studiebureau: Agentschap Wegen en Verkeer
Aannemer: De Witte Aannemingen
Prefab beton elementen: Alkern VOR Beton nv