Brandoverslag via de spouw: nieuwe regels
Eisen voor de brandreactieklasse van het buitenblad en de isolatie

In de huidige brandwetgeving worden geen expliciete eisen opgelegd voor de brandoverslag via “andere wezenlijke onderdelen” van een gevelsysteem. De ‘Hoge Raad voor beveiliging tegen Brand en Ontploffing’ keurde in dit kader inmiddels een ontwerptekst goed. Verwacht wordt dat die midden 2022 als wet gepubliceerd zal worden.
De voorschriften in de toekomstige wet vormen een aanvulling op het KB ‘Basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing nieuwe gebouwen’. Ze zullen van toepassing zijn op alle gebouwen, waarvan de bouwaanvraag gebeurde na een later te bepalen datum. In afwachting van de publicatie van de wet, vatten we hier de inhoud samen. Ontwerpers en brandweerdiensten kunnen zo de ontwerptekst al gebruiken als code van goede praktijk. Dit artikel gaat concreet over het buitenblad en de ‘andere wezenlijke onderdelen’ in gevelsystemen van prefab beton, met of zonder geventileerde spouw.
Onder een ‘wezenlijk onderdeel’ verstaan we: een materiaal dat een belangrijk deel van een niet-homogeen product uitmaakt en dat niet tot de buitenbekleding van de gevel behoort. Een laag met een massa per oppervlakte-eenheid ≥ 1,0 kg/m2 of met een dikte ≥ 1,0 mm wordt als wezenlijk onderdeel beschouwd. Bij courante prefab betonnen gevelsystemen spreken we dan over de isolatie.
Prefab betonnen gevelsystemen beschermen in principe de erin verwerkte wezenlijke onderdelen goed, mits inachtneming van de juiste detaillering en het respecteren van de benodigde brandreactieklasse voor deze materialen.
Onder de categorie ‘gevelsystemen met luchtspouw’ vallen de systemen waarbij de gevel is opgebouwd uit betonmetselstenen of uit voorgehangen gevelpanelen (meestal in architectonisch beton). Er is dus een geventileerde luchtspouw aanwezig tussen gevelopbouw en isolatie.
Onder de categorie ‘gevelsystemen zonder luchtspouw’ vallen de systemen waarbij de gevel is opgebouwd uit sandwichpanelen of geïsoleerde dubbele wanden. Bij deze systemen is er geen geventileerde luchtspouw aanwezig tussen het buitenblad en de isolatie.
Eisen voor de brandreactieklasse van het buitenblad van de gevel en de “andere wezenlijke onderdelen”, in dit geval de isolatie:
Hoge gebouwen: > 25 m HOOGTE
– Brandreactieklasse buitenblad
- A2-s3, d0 (beton = A1 = OK)
– Brandoverslag door isolatie
- Brandreactieklasse A2-s3, d0 zonder bijkomende eisen
- Brandreactieklasse E = OK, mits:
¬ Rondom rond beschermd door laag K230 of EI30 (= 6 cm beton of 9 cm betonmetselstenen)
EN
¬ typeoplossing hoge gebouwen = brandwerende schermen
Middelhoge gebouwen: 10 tot 25 m
– Brandreactieklasse buitenblad
- B-s3, d1 (beton = A1 = OK)
– Brandoverslag door isolatie (zonder luchtspouw)
- Brandreactieklasse A2-s3, d0 zonder bijkomende eisen
- Brandreactieklasse E = OK, mits:
¬ Rondom beschermd door laag K210 of EI15 (EI30 = 6 cm beton of 9 cm betonmetselstenen)
OF
¬ typeoplossing middelhoge gebouwen ZONDER luchtspouw = brandwerend scherm
OF
¬ typeoplossing middelhoge gebouwen MET luchtspouw = brandwerend scherm
Lage gebouwen: < 10m
– Brandreactieklasse buitenblad
- C-s3, d1 voor gebouwen klasse 1 (beton = A1 = OK)
- C-s3, d1 voor gebouwen klasse 2 en 3 (beton = A1 = OK)
– Brandoverslag door isolatie (zonder luchtspouw)
- Brandreactieklasse E zonder bijkomende eisen
- Geen eis voor de brandreactieklasse, mits:
¬ Rondom beschermd door laag K210 of EI15 (EI30 = 6 cm beton of 9 cm betonmetselstenen)
Toelichting bij de voorschriften
Gevelmetselwerk in betonmetselstenen met een dikte van 9 cm voldoet volgens de tabellen in de NBN EN 1996 (Eurocode 6) aan de eis van EI30 en dus ok aan EI15. Elke in betonstenen gemetselde gevel voldoet dus aan de eisen om isolatie met brandreactieklasse E toe te passen.
Een betonnen wandelement (voorhanggevel, buitenblad sandwichpaneel of dubbele wand) met een dikte van 6 cm of meer voldoet volgens de tabellen in de NBN EN 1992 (Eurocode 2) aan de eis van EI30 en dus ook aan EI15. Alle vandaag toegepaste betongevels hebben een buitenblad met een minimale dikte van 6 cm en voldoen dus aan deze eis.
Let op: Rondom rond beschermd, betekent werkelijk aan alle zijden. Dit wil zeggen: de binnen- en de buitenzijde, de kopse zijde van alle doorboringen, maar ook van de venster- en deuropeningen.
Niet alle geveldelen moeten voldoen aan de eis van de brandreactieklasse, zolang hun totale zichtbare oppervlakte maar kleiner is dan 5% van de zichtbare oppervlakte van de gevel. Voegen, deuren, gevelversieringen en de technische uitrustingen in de gevel worden hierbij in rekening gebracht. Het voegmateriaal zal afhankelijk van de totale opbouw van de gevel, wel of niet moeten voldoen aan de eisen voor de brandreactieklasse.
De type-oplossingen zullen geïllustreerd worden in de wettekst bij publicatie. Ze zijn afhankelijk van de aan- of afwezigheid van een luchtspouw in het gevelsysteem. De type-oplossingen verschillen voor middelhoge gebouwen en hoogbouw. Het komt erop neer dat de geventileerde spouw en de isolatie onderbroken worden met brandwerende schermen die de kans op voorzetting van de brand naar de hoger liggende verdiepingen inperkt. De brandwerende schermen kunnen geëist worden rond (of enkel boven) raam- en deuropeningen, op een bepaalde hoogte en/of herhaald per aantal bouwlagen. (JM)
Fig. 1 – Type-oplossing hoge gebouwen Fig. 2 – Type-oplossing middelhoge gebouwen zonder
luchtspouw en niet-smeltbare isolatie)Fig. 3 – Type-oplossing middelhoge gebouwen met luchtspouw.
De isolatie mag niet van het type EPS (geëxpandeerd polystyreen)
of XPS (geëxtrudeerd polystyreen) zijn.Fig. 4 – Type-oplossing middelhoge gebouwen zonder luchtspouw
en met smeltbare isolatie