Woonproject O’Sea Beach Oostende – Prefab efficiëntie in hoogbouw

Het nieuwbouwproject O’Sea in Oostende is gericht op leefbaarheid, duurzaamheid en functionaliteit. De architectuur creëert een duidelijke verbinding tussen stad, context, buurt, bewoners en bezoekers. Zo wordt het een ‘Livable Lovable’ plek waar mensen met plezier wonen, leven en werken. In O’Sea Beach, het tweede onderdeel van het project, werd niet alleen met prefab structuurelementen gewerkt maar ook met prefab gevelelementen: enkelschalige en sandwich elementen. De architecten waren enthousiast en ontwierpen de volgende fases vanuit een prefab mindset.
Gemengd wonen in O’Sea
O’Sea vormt een nieuwe woonbuurt op de tweede lijn van de kust, aan de zuidrand van Oostende. De zon en zee georiënteerde woontorens zijn strategisch gepositioneerd rond groene pleinen. De site is onderverdeeld in vier gebieden met verschillende identiteiten: O’Sea Charme, O’Sea Beach, O’Sea Life en O’Sea City. Het reeds bewoonde eerste deel O’Sea Charme grenst aan Mariakerke, de volgende fases liggen telkens dichter bij de stad. Een autovrije straat en een zuidgericht pleintje met een kinderdagverblijf vormen de verbinding tussen O’Sea Charme en het tweede deel, O’Sea Beach (fig. 1). Om het binnenplein een menselijke schaal te geven, werd geopteerd om een ‘poortgebouw’ te plaatsen. De woontorens worden aan de rand van het plein geplaatst, op een sokkel van enkele bouwlagen.
O’Sea Beach, waarover we het in dit artikel hebben, is een gemengd project met drie hoogbouw-woongebouwen en een woonondersteunend programma. Het ontwerp tovert de drie gebouwen en de omringende publieke ruimte om tot een mooi coherent geheel, met een plein middenin (fig. 2).
De woontorens tellen tot zeventien bouwlagen en het geheel omvat 236 wooneenheden: een mix van studio’s, een honderdtal assistentiewoningen en één-, twee- en drieslaapkamerappartementen. Aan de inkomhallen en de gemeenschappelijke brievenbuszone in het poortgebouw kan je rustig een praatje slaan in een windluwe zone.

Leefbare pleinen op menselijke schaal
Door het gevarieerde woonaanbod en ondersteunende programma zijn er altijd bewoners aanwezig. Zo wordt het een levendige site met gegarandeerde sociale veiligheid. Alle wooneenheden hebben een eigen buitenruimte, en dankzij de stedenbouwkundige opzet genieten de bewoners ook binnenshuis van maximaal licht. Op het vijfde verdiep van het assistentiewoningengebouw is een ruim gemeenschappelijk terras aangelegd met veel groen en zitgelegenheden: een plek van ontmoeting.
“Wij geloven dat elke ingreep in gebouwen en hun omgeving een kans biedt om het leven op een plek duurzaam te verbeteren: voor wie er leeft, werkt, langskomt, in de buurt woont of er gewoon naar kijkt. Dit verwezenlijken we door architectuur, omgeving en de mens te verbinden”, vertelt projectarchitect Judith David van CONIX RDBM Architects over het ontwerp.
Drie blokken, vier gezichten
Voor de constructie werden drie verschillende uitvoeringswijzen gebruikt, met variatie in gebruik van prefab.
Het eerste gebouw (Blok HI) is klassiek opgebouwd volgens het initiële concept tussen aanbesteding en uitvoering: een betonnen binnenbladstructuur van premuren, isolatie met geventileerde spouw en dan het klassiek gemetselde buitenblad en geventileerde plaatmateriaal in vezelcement. “Deze vrij klassieke manier van bouwen – een binnenblad, isolatie en spouw, gemetseld buitenblad – was in de context van hoogbouwstelling en wisselende weersomstandigheden aan de kust een grote uitdaging”, licht Judith David toe. “Dit gebouw is als eerste van de drie torens gestart met opbouw van de buitenschil en zal als laatste zijn voltooid. Het is ook het enige gebouw van deze fase dat volledig in stelling heeft gestaan.”

Voor de overige torens werd beslist om de voorziene bouwmethodiek aan te passen. De verlijming van baksteenstrips op grote hoogte bleek niet voldoende veilig. Wat een metselaar veel tijd, energie en techniek vraagt, kan dankzij prefabricatie uitgevoerd worden op een kwalitatieve, repetitieve, veilige manier, en dit zonder stelling. Efficiënt en budgetvriendelijk dus.
In het tweede gebouw (Blok JK), de toren met assisentiewoningen, telt de sokkel vijf bouwlagen, de toren twaalf. Het kader of gevelgrid bestaat uit verticale vinnen en horizontale terrassen. Die werden uitgevoerd in enkelschalige betonelementen met ingestorte baksteenstrips.
Het dieperliggende terrasplaat materiaal van de sokkel en toren zijn uitgevoerd in keramisch plaatmateriaal in verschillende kleuren. “In de detaillering van de verticale vinnen zit variatie”, legt de projectarchitecte uit. “De vinnen in de sokkel hebben een andere richting dan de vinnen van de toren. Zo konden we de schaal van sokkel op het plein benadrukken zonder dat het als ‘zwaar’ wordt ervaren.”
Het plein wordt afgesloten door een poortgebouw dat deels geïntegreerd is in gebouw JK.
Judith David: “Initieel zouden de kaders, die in het architecturaal concept sterk naar voren komen, als bakstenen op plaatmateriaal worden verlijmd. Het controlebureau achtte de handeling om op grote hoogte baksteen te verlijmen niet veilig en de hechting niet gegarandeerd. Zo is het idee ontstaan om met enkelschalige prefab elementen te werken. Ze werden in de fabriek van Loveld vervaardigd met de bakstenen reeds ingestort. Het beton waarmee de elementen zijn gestort, doet meteen ook dienst als de dieperliggende voegafwerking tussen de bakstenen. Opvoegen hoeft niet, wat het budget ten goede komt. Verder sluit het ook aan bij het ‘ruwe’ karakter van de bakstenen en de look die we voor ogen hadden.”
Het middelpunt van O’Sea Beach is het derde gebouw, ‘Blok L’. Het ligt centraal op het plein en maakt vanaf de vierde bouwlaag een sprong van 90 graden, waarop het torenvolume start. Structureel is dit een hele uitdaging om de uitkragingen van het torenvolume op te vangen. “Voor dit gebouw zijn we nog een stap verder gegaan in het prefab verhaal”, vertelt Judith David. ”De drie bouwlagen tellende sokkel heeft nog een klassieke opbouw, maar voor het torengedeelte is er gebruik gemaakt van sandwichpanelen met binnenblad, isolatie en buitenblad met ingewerkte baksteenstrips. De elementen, ter grootte van twee raamopeningen, werden als één pakket in de fabriek ontwikkeld en dan stuk voor stuk in elkaar gezet op de werf. Verder werden de hoekterrassen ook als een afgewerkt element naar de werf gebracht. Bij dit blok speelde de timing van het finaliseren van het project een grote rol voor de algemene aannemer. Een opbouw met sandwichpanelen vraagt dan wel veel voorbereidende engineering, maar het effectief bouwen, gaat zeer snel: per twee weken werd een bouwlaag voltooid. Een efficiëntieslag in timing dus. De tijd van de engineering voor de toren werd benut door gelijktijdig het sokkelgebouw op klassieke manier te bouwen.”
Creatieve bouwmethodiek en materialiteit
Het mooie aan dit project is dat het gevarieerde materiaalgebruik van de verschillende sferen en schalen de gemeenschappelijke identiteit van O’Sea Beach ondersteunt. Er werden overwegend klassieke, gekende materialen gebruikt zoals baksteen, architectonisch beton en plaatmateriaal, maar ze werden op een innovatieve manier toegepast. De bakstenen van de drie torens komen uit eenzelfde ‘baksteenfamilie’, maar hebben toch een eigen kleurnuance. Het architectonische beton en de betonkleur die ook in de voegen terugkomt, vormen een verbindend element.
Het creatieve materiaalgebruik, zoals het instorten van baksteen in verschillende oriëntaties en patronen, bood de architecten een grote ontwerpvrijheid en kon de voegen tussen de prefab elementen verbergen. “Op het eerste gezicht zou je denken dat prefab de creativiteit inperkt, omdat je vanuit een bepaald stramien en repetitie moet denken. Maar als de bouwmethodiek je eigen is en je hem al indachtig hebt van bij het ontwerp, vergroot het net je creativiteit als architect. Zo hebben we het ook bekeken bij het ontwerp van de volgende fase in het project ‘O’Sea Life’”, besluit Judith David. (KDA)




O’Sea Beach Oostende | Ostende, 2021-2022
Opdrachtgever: Immobel nv
Ontwerp: CONIX RDBM Architects nv
Bewoonbare oppervlakte: 24.950 m³
E-peil: E40
Aannemer: BAM Interbuild bv
Studiebureau: Stedec nv (stabiliteit) • Boydens engineering (technieken)
Technieken: Boydens nv
Buitenaanleg: Omgeving cv
Prefab beton elementen: Loveld nv